Debuggen van een Docker-container kan op verschillende manieren. Hier zijn enkele mogelijkheden:
1. Docker logs: Met het commando ‘docker logs [container-id]’ kun je de logboeken van een bepaalde container bekijken. Hieruit kun je veel informatie halen over fouten of problemen die zich in de container voordoen.
1. Docker inspect: Met het commando ‘docker inspect’ kun je gedetailleerde informatie over een container ophalen. Dit kan nuttig zijn om de runtime-configuratie te controleren.
1. Docker ps: Hiermee kun je alle actieve containers en hun statussen bekijken. Dit kan helpen om te zien of een container draait en of er fouten zijn opgetreden tijdens het opstarten van de container.
1. Docker exec: Met dit commando kun je commando’s uitvoeren in een actieve container. Je zou bijvoorbeeld een shell kunnen opstarten met ‘docker exec -it waarna je direct in de container naar problemen kunt zoeken.
1. Debugging tools: Je kunt ook debug-gereedschappen en process explorers, zoals strace of sysdig, in de container zelf uitvoeren om specifieke processen of activiteiten te volgen.
1. Docker events: Dit geeft een live-stream van activiteiten van de container.
1. Remote debugging: In sommige gevallen kan remote debugging nuttig zijn. Hiermee kun je de applicatie die in de container draait verbinden met een debug-tool die op je hoofdmachine draait.
1. Gebruik van een GUI-tool, zoals Portainer, kan ook helpen bij het debuggen.
Het is belangrijk om op te merken dat het nodig kan zijn om de container in een debug-modus te starten, afhankelijk van de taal of het framework dat je gebruikt. In veel gevallen zal dit je beter in staat stellen om het probleem te identificeren en op te lossen.
