Het instellen van de automatische genezing van containers met Docker betekent in feite het automatisch opnieuw starten van containers wanneer er een fout optreedt. Hier zijn enkele stappen die je kunt volgen:
1. U moet eerst controleren of uw Docker-client en -server correct zijn ingesteld voor het automatisch herstarten van containers. Doe dit door de versie van uw Docker-omgeving te controleren.
1. Stel vervolgens het beleid voor automatische herstart in als een vlag bij het maken van de container. Je kunt dit doen met het `—restart` vlag in de `docker run` commando:
\`\`\` docker run -d —name my_container —restart=always my_image \`\`\` De `—restart=always` optie betekent dat de container altijd opnieuw wordt gestart, ongeacht de exitcode wanneer deze stopt. Je kunt de waarde wijzigen in ‘on-failure’ als je alleen wilt dat de container opnieuw start bij een niet-nul exitcode. Je kunt ook een maximum aantal herstartpogingen instellen met ‘on-failure:n’.1. Controleer of het beleid voor het opnieuw starten correct is ingesteld. Dit kun je doen door de containerinformatie op te vragen met `docker inspect my_container`.
Let op: hoewel het nuttig kan zijn bij vele toepassingen, zorgt het inschakelen van automatische genezing (auto-healing) ervoor dat eventuele problemen met de toepassing worden verborgen. Daarom, terwijl u automatische genezing gebruikt, is het raadzaam om ook juiste logboekregistratie en monitoring op te zetten, zodat u op de hoogte bent van eventuele problemen die automatisch worden opgelost en deze kunt onderzoeken.