Docker Entrypoint en CMD zijn instructies in een Dockerfile die bepalen welke commando’s worden uitgevoerd wanneer een Docker-container wordt uitgevoerd.
- Docker Entrypoint: Deze instructie stelt de standaard toepassing in die moet worden uitgevoerd telkens wanneer een container wordt uitgevoerd. Dit kan worden overschreven door de gebruiker bij het uitvoeren van de container. Het ENTRYPOINT geeft een commando dat altijd zal worden uitgevoerd wanneer de container start op.
- Docker CMD: Deze instructie biedt standaard argumenten die kunnen worden overgeschreven door de gebruiker bij het uitvoeren van de container. Als er geen gebruikersargument is, wordt het standaardargument uitgevoerd, anders wordt het gebruikersargument uitgevoerd.
Het belangrijkste verschil tussen beide is dat als beide worden opgegeven in een Dockerfile, het ENTRYPOINT het commando wordt dat wordt uitgevoerd en de CMD de argumenten worden die worden doorgegeven aan dat commando.