Een URL (Uniform Resource Locator) bestaat uit verschillende delen:
1. Het protocol: Bijvoorbeeld “http://” of “https://”. Hiermee wordt aangegeven welk protocol gebruikt wordt om de webpagina op te vragen.
1. Het domein: Bijvoorbeeld “www.google.com”. Dit is het adres van de website die je wilt bezoeken.
1. Eventueel een poortnummer: Bijvoorbeeld “:8080”. Dit wordt alleen gebruikt als de website op een specifieke poort draait.
1. Het pad: Bijvoorbeeld “/search”. Dit is het deel van de URL dat aangeeft welke pagina of welk bestand je wilt openen op de website.
1. Query parameters: Bijvoorbeeld “?q=zoekterm”. Hiermee kunnen extra parameters worden meegegeven aan de pagina, zoals zoektermen of filters.
1. Het anker: Bijvoorbeeld “#anchor”. Dit wordt gebruikt om naar een specifiek deel van de pagina te linken, zoals een titel of een paragraaf.
Een volledige URL kan er bijvoorbeeld als volgt uitzien: “https://www.example.com/search?q=query&sort=date#results”.