1. Zorg voor een gestructureerde en georganiseerde configuratieprocedure.
2. Gebruik geautomatiseerde configuratietools om fouten te minimaliseren.
3. Test de configuratie grondig voordat deze wordt geïmplementeerd.
4. Documenteer de configuratie op een duidelijke en beknopte manier.
5. Implementeer een configuratiebeheersysteem om wijzigingen bij te houden en te beheren.
6. Zorg voor training van de medewerkers die verantwoordelijk zijn voor de configuratie.
7. Stel limieten en grenzen in voor de configuratieopties om te voorkomen dat fouten worden gemaakt.
8. Maak gebruik van best practices voor configuratiemanagement en volg deze nauwgezet.
9. Bied ondersteuning en hulp aan gebruikers bij het configureren van het systeem.
10. Regelmatig monitoren en updaten van de configuratie om fouten te identificeren en op te lossen.