Er zijn verschillende configuratieopties voor IPv6-netwerken:
1. Statische configuratie: In dit geval worden de IPv6-adressen handmatig toegewezen aan apparaten op het netwerk. Deze instelling is geschikt voor kleine netwerken waarvan de configuratie niet vaak hoeft te worden gewijzigd.
1. Dynamische configuratie: Bij deze methode worden IPv6-adressen automatisch toegewezen aan apparaten op het netwerk via een DHCPv6-server. Dit is nuttig voor netwerken waarbij het aantal apparaten vaak verandert.
1. Stateless adressering: Dit is een methode waarbij IPv6-adressen automatisch worden gegenereerd op basis van informatie van de NDP (Neighbor Discovery Protocol). In dit geval hoeft de DHCPv6-server alleen IP-configuratieparameters te verstrekken zoals het adres van de lokale DNS-server en de standaardgateway.
1. Stateful adresconfiguratie: Dit is een methode waarbij alle IP-configuratie-informatie, inclusief IPv6-adressen, wordt toegewezen via een DHCPv6-server. Deze methode biedt meer controle over adresconfiguratie en kan fijnmaziger informatie verstrekken, maar het is ook complexer om in te stellen en te beheren.
1. Dual Stack: Dit is een IPv6-netwerkconfiguratie waarbij zowel IPv6- als IPv4-adressen worden gebruikt. Dit maakt de overgang van IPv4 naar IPv6 soepeler en biedt compatibiliteit met apparaten en services die nog steeds IPv4 gebruiken.
1. Tunneling: Dit is een methode om IPv6 over IPv4-netwerken te versturen. Dit is nuttig voor de overgangsperiode waarin sommige delen van het netwerk nog steeds gebruik maken van IPv4. Tunneling kan worden bereikt via technieken als 6to4 en Tunnel Broker.