1. Installatie van de LDAP-server
Een LDAP-server kan op verschillende besturingssystemen worden geïnstalleerd. De volgende instructies zijn gericht op Ubuntu 18.04.
Stap 1: Open de terminal met Ctrl+Alt+T.
Stap 2: Voer de volgende commando’s uit om de LDAP-server te installeren:
sudo apt update
sudo apt install slapd ldap-utils
Tijdens de installatie wordt u gevraagd om een wachtwoord in te stellen voor de beheerder van de LDAP-server. Houd dit wachtwoord goed bij, omdat het later nodig zal zijn om wijzigingen aan te brengen in de LDAP-directory.
1. Configuratie van de LDAP-server
Stap 1: Voer het volgende commando uit om de configuratie-assistent te starten:
sudo dpkg-reconfigure slapd
Stap 2: Volg de instructies van de assistent om de volgende instellingen in te stellen:
- Ondersteunde DNS-domeinen: Geef het DNS-domein op dat u wilt gebruiken voor de LDAP-directory. Bijvoorbeeld: example.com
- Organisatie-naam: Geef de naam op van de organisatie die de LDAP-directory zal beheren. Bijvoorbeeld: Example Corporation
- Beheerderswachtwoord: Voer het wachtwoord in dat u eerder hebt ingesteld tijdens de installatie van de LDAP-server.
Stap 3: Nadat de assistent is voltooid, worden de configuratiebestanden van de LDAP-server bijgewerkt. U kunt deze bestanden vinden in de map /etc/ldap/. Hieronder vindt u enkele belangrijke configuratiebestanden en hun functies:
- /etc/ldap/slapd.conf: Hoofdconfiguratiebestand van de LDAP-server. Hierin worden de parameters voor de serverconfiguratie zoals poortnummers, identiteitsmappings, toegangscontroleschema’s, enzovoort, gedefinieerd.
- /etc/ldap/slapd.d/.: Bevat de configuratiebestanden die door de configuratie-assistent worden gegenereerd, evenals de database en logbestanden.
1. Testen van de LDAP-server
Stap 1: Voer het volgende commando uit om een LDAP-query uit te voeren:
ldapsearch -x -LLL -H ldap:/// -b dc=example,dc=com dn
Dit commando zoekt de volledige DN voor alle objecten in de LDAP-directory die zich in de hoofdmap bevinden.
Stap 2: Voer het volgende commando uit om alle gebruikersnamen in de LDAP-directory op te halen:
ldapsearch -x -LLL -H ldap:/// -b dc=example,dc=com “(objectClass=posixAccount)” uid
Dit commando zoekt alle objecten van het type ‘posixAccount’ (wat betekent dat het gaat om gebruikersaccounts op een Linux-systeem) en geeft de bijbehorende ‘uid’ attribute terug.
Als u met succes query’s kunt uitvoeren op de LDAP-server, betekent dit dat de installatie en configuratie van de LDAP-server correct zijn uitgevoerd. U kunt nu objecten toevoegen aan de directory en deze gebruiken om authenticatie en autorisatie mogelijk te maken in toepassingen die LDAP ondersteunen.