Het maken van een back-up van een LXC (Linux Containers) container kan relatief eenvoudig zijn, afhankelijk van hoeveel data je wilt back-uppen en wat het doel is van de back-up.
Hier zijn de basisstappen om een back-up te maken:
1. Maak een Snapshot van de Container:
De eerste stap is het maken van een momentopname (snapshot) van de container. Dit kan gedaan worden door het volgende commando te gebruiken:
```
lxc snapshot container_name snapshot_name
```
Hierbij vervang je “container_name” met de naam van je container en “snapshot_name” met de naam die je aan de snapshot wilt geven.
1. Exporteer de Snapshot:
Vervolgens moet je de snapshot exporteren naar een bestand. Dit kan met het volgende commando:
```
lxc export container_name/snapshot_name backup_file.tar.gz
```
Hierbij vervang je “container_name/snapshot_name” met de naam van je container en de snapshot, en “backup\_file.tar.gz” met de naam en het pad waar je het back-up bestand wilt opslaan.
Let wel op, deze tar.gz-bestanden kunnen behoorlijk groot zijn, afhankelijk van hoeveel data er in de container zit.
En dat is het eigenlijk wel. Je hebt nu een back-up gemaakt van een LXC container. Het is nu mogelijk om de back-up naar een veilige locatie te verplaikkunt dan diezelfde commando’s in omgekeerde volgorde gebruiken om de container te herstellen. Dit gaat met het commando `lxc import`.
Zorg er altijd voor dat je regelmatig back-ups maakt en deze test om ervoor te zorgen dat ze kunnen worden hersteld in het geval van dataverlies. Het is ook een goed idee om back-ups op meerdere fysiek verschillende locaties te bewaren om je tegen brand of andere natuurrampen te beschermen.