Om een e-mailclient te configureren om MAPI (Messaging Application Programming Interface) te gebruiken, moet je het volgende doen:
1. Controleer of MAPI is geïnstalleerd op de computer waar de e-mailclient wordt gebruikt. MAPI is standaard geïnstalleerd op computers die Microsoft Office hebben geïnstalleerd. Als MAPI niet is geïnstalleerd, kan het worden gedownload vanuit de Microsoft-website.
1. Open de e-mailclient en ga naar de instellingen voor emailaccounts. Druk op de knop “Nieuw” om een nieuw account te maken.
1. Kies voor de optie “Microsoft Exchange” of “Exchange Server” als het type account.
1. Vul de gevraagde gegevens in, zoals de naam van de Exchange-server, de gebruikersnaam, het wachtwoord, enz. Raadpleeg indien nodig de beheerder van de Exchange-server voor de juiste gegevens.
1. Klik op “Verifiëren” of “Testen” om te controleren of de configuratie correct is. Als er fouten worden weergegeven, controleer dan de ingevoerde gegevens en probeer het opnieuw.
1. Nadat de configuratie is voltooid, moet de e-mailclient nu gebruikmaken van MAPI om e-mails te verzenden en ontvangen. Controleer regelmatig de werking van de e-mailclient om er zeker van te zijn dat alles goed werkt.