1. Console.log: De eenvoudigste manier om fouten op te sporen is door de uitvoer in de console te loggen. U kunt console.log() gebruiken om variabelen, arraywaarden, objectwaarden enz. te loggen.
1. Debugger: Node.js heeft een ingebouwde debugger die kan worden opgeroepen met het commando ‘debugger’. Zodra u het debugger-statement in uw code plaatst, zal Node.js de uitvoering stoppen en u kunt de waarden van variabelen op die specifieke plaats inspecteren.
1. Npm Packages: Er zijn veel npm-pakketten beschikbaar die het debuggen makkelijker kunnen maken. Bijvoorbeeld: ‘debug’, ‘nodemon’, ‘node-inspector’ etc.
1. Try Catch Blocks: Door uw code in try-catch blokken te plaatsen, kunt u specifieke fouten vangen en de bijbehorende foutmeldingen tonen.
1. Error Events: In Node.js emitteert bijna elke actie een error event. Door deze error events te onderscheppen kunt u weten wat er mis is gegaan.
1. IDE Debugging: Moderne IDE’s zoals Visual Studio Code, WebStorm, Atom, etc. bieden ingebouwde debugging tools waar je break-points kunt zetten, de uitvoering van je code kunt stoppen op deze punten en de waarden van variabelen kunt inspecteren.
1. Linting: Tools zoals ESLint kunnen helpen om te zorgen voor stilistische consistentie in uw code en ook om bepaalde soorten fouten te identificeren voordat uw code zelfs maar wordt uitgevoerd.
Onthoud dat bij het debuggen van Node.js, en in feite elke code, het belangrijk is om een methodische aanpak te volgen om te begrijpen wat er gebeurt, hypotheses te formuleren over wat er mis zou kunnen zijn, deze hypotheses te testen, en je aanpak te verfijnen op basis van wat je vindt.
