De datetime-module in Python wordt gebruikt om met datums en tijd te werken. Hier volgen enkele basisgebruiken van deze module:
1. Importeer eerst de datetime-module:
```
import datetime
```
1. Vervolgens kunt u de huidige datum en tijd krijgen met behulp van de volgende functie:
```
datetime.datetime.now()
```
1. U kunt een specifieke datum maken door de methode datetime direct aan te roepen. De parameters gemoeid met de functionaliteit zijn respectievelijk jaar, maand, dag, uur(minuut):
```
my_birthday = datetime.datetime(1995, 12, 12)
```
1. Voor het verkrijgen van alleen de datum, zonder de tijd, of andersom, worden respectievelijk de volgende methoden gebruikt:
```
datetime.datetime.now().date()
datetime.datetime.now().time()
```
1. In python is het ook mogelijk om tijd bij te houden. Deze functionaliteit kan bereikt worden met timedelta. De parameters zijn: weken, dagen, uren en minuten. Dit is een voorbeeld:
```
time_difference = datetime.timedelta(days=2, hours=3)
new_date = datetime.datetime.now() + time_difference
```
1. Voor het formatteren van datums, is strftime gebruikt. Strftime formatteert de tijdobjecten naar string. Hier is een voorbeeld:
```
datetime.datetime.now().strftime(“%Y-%m-%d”)
```
Met deze code kunt u het huidige jaar, maand en dag krijgen in het formaat “Jaar-Maand-Dag” (bv. “2022-01-01”).
1. Voor het omzetten van een string naar een datum gebruikt u strptime, zoals in dit voorbeeld:
```
datetime.datetime.strptime(‘2022-01-01’, “%Y-%m-%d”)
```
Deze code zal de string ’2022-01-01’ omzetten in een datum-object.
De datetime-module biedt veel meer functionaliteit dan deze basisvoorbeelden. Bekijk de officiële Python-documentatie voor meer uitgebreide informatie.