Om de versleutelingsalgoritmen die zijn toegestaan op een SSH-server te configureren, moeten de volgende stappen worden gevolgd:
1. Log in op de SSH-server met de juiste referenties.
1. Zoek het configuratiebestand van de SSH-server. Dit bestand is meestal te vinden in de map ‘/etc/ssh/sshd\_config’.
1. Open het configuratiebestand met een teksteditor zoals nano of vim.
1. Zoek de regel ‘Ciphers’ in het configuratiebestand. Als de regel niet bestaat, moet deze worden aangemaakt. De regel ‘Ciphers’ bepaalt welke versleutelingsalgoritmen zijn toegestaan op de SSH-server.
1. Bewerk de regel ‘Ciphers’ om alleen de gewenste versleutelingsalgoritmen toe te staan. Bijvoorbeeld: ‘Ciphers aes128-ctr,aes192-ctr,aes256-ctr’.
1. Sla het configuratiebestand op en sluit het.
1. Herstart de SSH-server om de wijzigingen door te voeren. Dit kan vaak worden gedaan met het commando ‘service ssh restart’.
Na het volgen van deze stappen moeten alleen de door u gekozen versleutelingsalgoritmen nu beschikbaar zijn op de SSH-server. Zorg ervoor dat u alleen sterke en veilige versleutelingsalgoritmen kiest om de beveiliging van uw SSH-verbinding te waarborgen.
