SSH staat voor Secure Shell en wordt gebruikt om veilige en versleutelde verbindingen tussen computers op te zetten en op afstand opdrachten uit te voeren. Het wordt vaak gebruikt voor het beheer van servers en andere netwerkapparatuur.
SSL staat voor Secure Sockets Layer (en de opvolger TLS) en wordt gebruikt om een veilige en versleutelde verbinding tussen een webserver en een webbrowser op te zetten. Het wordt vaak gebruikt om online transacties te beveiligen, zoals het inloggen op een website of het doen van een betaling.
Het grootste verschil tussen SSH en SSL is hun toepassing. SSH wordt voornamelijk gebruikt voor serverbeheer, terwijl SSL wordt gebruikt voor het veilig overbrengen van informatie tussen webserver en browser. Beide protocollen bieden echter een hoge mate van beveiliging en versleuteling.